Proza

Damnatio ad Bestias

Vi Frank Jr.

  • Joe Fortin
  • 5 november 2024

De Arubaanse auteur Vi Frank Jr schrijft voornamelijk kosmische horror. Kosmische horror plaatst de mensheid betekenisloos, nietig en angstig in het onmetelijke universum. Naast de Papiamentstalige roman Damnatio ad Bestias (2020), publiceerde Vi Frank Jr in hetzelfde jaar de verzameling korte verhalen Outpost Alto Vista and other cosmic horrors from Aruba in het Engels.

Bij wijze van handreiking aan de lezer vraagt Frank, voordat je aan het verhaal kan beginnen, de aandacht voor nogal wat aanvullende informatie. Naast het vermelden van een leeftijdswaarschuwing, waarmee de indruk gewekt wordt dat het lezen van Damnatio ad Bestias mogelijk schadelijk is voor te jonge lezers, legt de schrijver de titel van de roman uit. De auteur geeft ook leesinstructies en een verklaring dat het fictie betreft. Er zijn aanbevelingen van lezers, een veelheid aan motto’s van onder andere Baudelaire en Jung, en een NASA-foto waarop de nietigheid van de aarde als klein stipje in het heelal duidelijk wordt. Al deze informatie lijkt bedoeld bij de lezer vooraf hoge verwachtingen te wekken, maar ontneemt de lezer ook de mogelijkheid om zelf een weg te vinden in het verhaal.

De roman speelt zich af in de zeer nabije toekomst, in de jaren 2024 – 2027, en begint met een flashback naar de nog levende Anselmo Zievinger. Tijdens Cuaresma (de vastentijd) verdwaalt hij ten noordoosten van Aruba met zijn boot in de Caribische Zee. Gedesoriënteerd neemt hij er vreemde geluiden en verschijningen waar totdat hij buiten bewustzijn raakt. Als hij weer bijkomt voelt hij dat er gruwelijke dingen met zijn lichaam gebeuren. Hij realiseert zich dat hij hieraan niet kan ontsnappen en dat dit zijn dood zal betekenen. Hoewel zijn doodsoorzaak wordt geheimgehouden bestaat er onder de eilandbewoners het vermoeden dat het om een politieke moord gaat. Anselmo heeft altijd gedurfd de mistanden binnen de overheid aan de kaak te stellen. Hoe meer het verhaal prijsgeeft over de gruwelijke dood van Anselmo, hoe zichtbaarder de corruptie, het geweld en de hypocrisie op het eiland. Frank verwijst naar Uroborus, de mythische slang die in zijn eigen staart bijt, als metafoor voor de eindeloze cyclus van corruptie, misbruik en verraad op het eiland.

Naast verschillende typografieën, afbeeldingen en krantenknipsels, verklapt Frank in de vooraf gegeven leesinstructies dat hij in Damnatio ad Bestias verschillende talen gebruikt. Het doet de vraag rijzen of deze veelheid aan middelen niet overbodig is om het verhaal volledig te kunnen vertellen. De auteur lijkt hiermee te leunen op het post-postmoderne House of Leaves van Mark Z. Danielewski. In tegenstelling tot Damnatio ad Bestias, verveelt de experimentele opmaak en de fragmentatie in verschillende stijlen en vertelperspectieven van House of Leaves de lezer niet.  

De omslag van het boek vermeldt dat het verhaal een thriller is.  Een maatschappijkritische thriller zou passender zijn, aangezien Frank de Arubaanse samenleving als een dystopie beschrijft die, zoals Uroborus in zijn eigen staart bijt, opgesloten is in een vicieuze cirkel van corruptie en geweld.

Het verhaal eindigt met een uitspraak van Julius Cesar, die hij deed toen hij in het jaar 49 v. Chr. besloot met zijn troepen een oorlog te beginnen en er geen weg meer terug was: “Alea iacta est”, ofwel de teerling is geworpen. In tegenstelling tot Uroborus’ eeuwige cirkel, maakt Frank met Cesars uitspraak van zijn roman een lineair verhaal dat hij laat eindigen met een overbodig FIN.

Vi Frank Jr., Damnatio ad Bestias
  • Papiaments
  • Six Publishing (2020), 282 blz.